VIVA Architecture: Kitchen blues

Houtbouw City life Reconversie en renovatie

Een keuken met een intrinsieke, esthetische waarde.

Het zijn vaak voorkomende situaties: mensen die een rijwoning in een wijk net buiten de stad kopen en deze stelselmatig renoveren tot een hedendaagse, aan alle normen en comfort beantwoordende woning. Niet zelden hoort daar ook de afbraak van de bestaande bijgebouwen bij om deze te vervangen door een aangename, ruime en in daglicht badende nieuwe keuken annex eetruimte. Project ‘Kitchen Blues’, een ontwerp van VIVA Architecture uit Antwerpen, beantwoordt perfect aan deze opgesomde criteria ware het niet dat het ontwerp veel en veel meer is dan dat. De nieuwe uitbreiding werd met een houtskeletbouw gerealiseerd. De keuken op zich wordt een grote ‘keuken-kast’ waarin het heerlijk koken, eten en verblijven is.

Volledige tekst

VIVA streeft naar eenvoud in essentie en vorm waarbij ze eerder op zoek gaan naar eenvoudige oplossingen voor complexe ontwerpproblemen. Dat idee heeft voorrang op het deel uitmaken van een ontwerpschool of -stroming. Daarom is voor hen een op eerste zicht banale architectuuringreep – de sloop van bestaande bijgebouwen en vervangen door een nieuw bouwvolume – even waardevol dan alle andere projecten waaraan ze werken. Omdat ze geloven dat eenvoud een deugd is en vanuit die gedachte mooie plekken voor leuke mensen kunnen ontstaan.

De opdrachtgever wenste zijn woning aan de tuinzijde uit te breiden om een grotere leefkeuken te bekomen en zo de connectie tussen de leefruimte en de tuin te intensifiëren. De bestaande veranda werd gebruikt als berging en wasplaats, een fysieke en visuele barrière tussen de leefruimte, de keuken en de tuin.

De nieuwe uitbreiding zorgt voor een grote ruimtelijke meerwaarde voor de gehele woning. Als bijkomende uitdaging diende VIVA rekening te houden met de wens dat de opdrachtgever tijdens de werken in de woning wou blijven wonen.

De veranda werd integraal gesloopt en vervangen door een lichte, ruimtelijke uitbreiding met een luifel. Om de impact op de bestaande woning te minimaliseren bleef de bestaande structuur van de woning quasi onaangeroerd. De bouwlogica en structuur van de bestaande woning blijft duidelijk voelbaar in het nieuwe ontwerp. De structurele elementen, zoals de achtergevel en de lage betonnen balk, worden volledig geïntegreerd en zichtbaar gehouden in het interieurontwerp.

Als bouwtype werd voor een houtskeletstructuur gekozen. Onder het motto ruwbouw is afbouw, werd de houten structuur zichtbaar in de leefkeuken. Enerzijds om een contrast in materialisatie met de bestaande woning te bekomen, anderzijds om in de afwerkingskosten te besparen. De ruwe zichtbare houten roostering zorgt voor warmte in het interieur, het ritme van de roostering werd bepaald door de positie van de daklichten en de openingen in het nieuwe raamgeheel. Er ontstaat een dynamisch atypisch ritme in de achtergevel, bepaald door het functionele gebruik van de binnenruimte en de link met het overdekte terras.

Door een strategische inplanting van de daklichten en een grote raampartij kan het daglicht tot diep in de bestaande leefruimtes doordringen en wordt de voorheen donkere binnenruimte een zeer lichte leefruimte. Het ontwerp van de raamverdeling en de inplanting van de houten elementen van de draagstructuur werden perfect op elkaar afgestemd waardoor de raamprofielen quasi onzichtbaar worden in het ontwerp.

Een leuk detail: het integreren van een kattenluik in de grote raampartij laat de kat des huizes toe mee te genieten van de relatie binnen/buiten. Een fysieke grens die in gebruik en beleving bijna onbestaand is.

Een opvallend detail is zeker het kobaltblauwe, afgeronde centrale keukenelement met mooi afgewerkte ronde deuren met geborstelde messing-kleurige handgrepen. Zo ontstaat er 100% toegankelijke kastruimte.

De architectuur van VIVA is substractief. Alles wat overbodig is, wordt weggelaten. Wat overblijft is de essentie. Met een intrinsieke, esthetische kracht.

Tekst door Johan Geerts

Locatie : Antwerpen

Oppervlakte : 68 m²

Datum : 2021 - 2023

Fotografie : Jonah Samyn